Dubbel Geluk, de documentaire van Esmée van Loon
Dubbel Geluk van Esmée van Loon
‘Kijk, die jongen heeft ook twee moeders.’ Ik wijs naar een negenjarige blonde voetballer bij het doel. Mijn zoon, die zijn veters in een dubbele knoop legt, trekt zijn schouders op en wanneer hij het veld opstuift richting voetbalvriendjes hoor ik zijn rug roepen: ‘Nou èn?! Ik heb er veel meer!’ Het is een nieuw team en ik was blij dat mijn zoon een kind trof dat in hetzelfde schuitje zat, het schuitje genaamd: ‘ik heb twee homo-ouders’. Ondertussen telde zoon zelf, ‘bijna negen’, vooral zijn winst. De meesten hebben één moeder, deze keeper had er twee, maar híj had er door diverse scheidingen en nieuwe liefdes, vijf. En vijf moeders is meer dan twee: dus hij had gewonnen. Natuurlijk heb ik lang gepeinsd of het wel verstandig is een kind door twee moeders te laten opvoeden, en op de momenten dat ik er zelf niet mee bezig was herinnerde mijn omgeving me wel aan mijn afwijkende gezinsconstructie, inmiddels bestaande uit twee jongens – ook een ‘bijna elf’-puber – en zoals gezegd een groeiende schare moeders. Dan kwam de vraag, met gefronste wenkbrauwen: ‘Maar wie leert ze dan om een man te zijn!?’ ‘Door al die moeders worden ze toch veel te veel verwend?’ Soms lief: ‘Als ze jongensvragen hebben kunnen ze altijd bij mij terecht.’
Dan kwam de vraag, met gefronste wenkbrauwen: ‘Maar wie leert ze dan om een man te zijn!?’
Meestal antwoord ik dan dat ieder van ons anders is: de een strenger, de ander knutseliger, de een liever, de ander sportiever. Eén moeder geeft bovendien dolgraag seksuele voorlichting, dus onze jongens weten meer over piemels en spleetjes (‘gatver!’) dan de hele school – en sinds die ene vakantie dat een van onze zoons zei dat hij ‘uit de koelkast’ kwam, ook over zaadjes en donors. Wanneer je dan zo verder praat kom je er haast altijd achter dat het huisje van de ander ook een kruisje heeft, zoals mijn moeder zou zeggen. Een scheiding, een halfbroer, zes grootouders. Maakt het zoveel uit: papa & papa, of mama & mama? Voor mij als ouder niet. Ik wás al uit de kast. Kinderen krijgen voelt niet een nieuwe coming-out – kinderen krijgen is eerder burgerlijk dan buitensluitend.
Maakt het zoveel uit: papa & papa, of mama & mama? Voor mij als ouder niet. Ik wás al uit de kast. Kinderen krijgen voelt niet een nieuwe coming-out – kinderen krijgen is eerder burgerlijk dan buitensluitend.
Maar hoe is het voor onze zoons? Nu zijn ze nog te klein om niet blij te zijn, maar wat als ze straks echte pubers worden, of ouder nog, mensen met eigen levens? Zullen ze ons verwijten dat ze geen vader hebben? (Jawel… maar geen échte, bedoel ik.) Zullen ze last hebben dat ze niet in een hoeksteen-van-de-samenleving-gezin zijn opgegroeid? De meeste kinderen van homo-ouders om me heen zijn nog jong, maar ik herinner met een oud-collega met twee moeders. Ik was net zwanger en luisterde met grote oren naar haar verhaal. Als puber had ze zich heel even afgevraagd of ze nu ook lesbisch was maar meer had ze er echt niet aan ‘overgehouden’. Alleen, voegde ze toe, je moet het altijd vertellen aan je omgeving, iedereen gaat ervan uit dat je ‘gewoon’ een vader en moeder hebt. Dus geen kast waar ze later uit moeten komen, maar een keukenkastje toch wel. We zullen zien. De documentaire Dubbel Geluk is de eindexamenfilm van Esmée van Loon van de Willem de Kooning Academy, over leeftijdsgenoten die – net als zij – door twee moeders werd opgevoed. Het artikel hierboven is ter aankondiging van de NPO-uitzending van de documentaire gepubliceerd in de VARAGids.